Datum: 8 augustus 2021
Download PDF
/
1. De rijdende rechter
Misschien kent u het tv-programma wel: de rijdende rechter. Wanneer er onverhoopt een conflict is met je buren of in defamilie, dan kun je de hulp inroepen van de rijdende rechter. De rechter die aan het programma verbonden is, komt dan bij je langs om het probleem te bekijken. Vaak gaan de conflicten over hoog opgelopen buren ruzies, overlast door bomen, schuttingen en schuurtjes die net over de erfgrens lopen van jouw stukje grond, familievetes of conflicten over het recht van overpad. De rechter doet onderzoek, neemt contact op met een deskundige, er volgt een hoorzitting, waar beide partijen hun verhaal kunnen doen, en dan na rijp beraad volgt de uitspraak in een nabijgelegen wijkcentrum of buurthuis. Het gaat niet om officiële rechtspraak, maar wel om een advies, waar beide partijen zich aan hebben te houden.
2. In de poort van de stad
In de tijd van het boek Ruth, was de poort van de stad de plek waar je moest zijn als je een conflict had, als er recht gesproken moest worden, als er problemen waren met de verkoop van een huis of grond; in de poort van de stad moest je ook zijn voor de lossing van een familiebezit. Je moest dan tien oudsten bij elkaar roepen, die als getuigen de zaak konden horen en ook een bindende uitspraak konden doen. Zo regelde men dat in oud-Israël. 10 mannen waren nodig. Dat is hetzelfde aantal, waarmee je een dienst in de synagoge kunt beginnen. Met tien mannen als getuigen kan een zaak geregeld worden.
Zo zien we Boaz naar de poort van Bethlehem gaan. Vastbesloten om te doen dat hij aan Ruth had beloofd. Het lossen, het terugkopen van het land dat aan Elimelech behoorde. En net als hij daar zit, komt het andere familielid langs, die de eerste rechten op lossing heeft. Toevallig zouden we zeggen. Maar ook hier zien we weer de stille leiding van God. Juist nu Boaz zaken wil doen, komt de aangewezen persoon de poort van de stad binnen.
3. De deal wordt gesloten
De naam van de man wordt niet genoemd. Het is in de HSV niet zo goed vertaald. ‘U daar, hoe u ook heet’. Twee woorden in het Hebreeuws die lastig zijn te vertalen. ‘Zo en zo’ De commentaren betrekken het op de persoon. Meneer ‘die en die’; meneer ‘dinges’ kom eens hier. Maar dat past niet, alsof Boaz niet weet wie die man is. Hij is een familielid. De twee woorden kunnen ook betrekking op de plaats: ‘hier en daar’. Dat is passender. Bij de poort van de stad zijn aan beide kanten banken. Daar kunnen de oudsten zitten. Boaz vraagt om ‘hier of daar’ te gaan zitten. Want hij wil zaken doen; en de man bewilligt. Dan gaat Boaz 10 oudsten zoeken.
Dat de naam niet wordt genoemd, kan een kritische noot van de schrijver zijn. De man blijkt niet bereid te zijn om Naomi te helpen door het land terug te kopen, te lossen. Hij durft het niet aan om verantwoordelijkheid te nemen; dat zou een reden kunnen zijn dat zijn niet wordt genoemd. In de zin van: als je niet bereid bent om te helpen, dan ben je het ook niet waard dat je naam wordt genoemd. Maar het kan ook zijn dat de schrijver onze aandacht vooral wil richten op Boaz. Ik denk dat dit laatste waarschijnlijker is. De verzen 1-13 draaien helemaal om Boaz. Gaat het Boaz lukken om Naomi te helpen en Ruth te trouwen? Zal Hij de losser kunnen zijn? Het hangt allemaal af van wat dit familielid doet.
In de poort van stad zet Boaz de zaak uiteen. Het land van Elimelech is verkocht, en nu is Naomi zijn vrouw, teruggekomen, en zij heeft het recht om het terug te kopen, maar ze kan dat niet betalen. Ben jij bereid om haar te helpen en dat land terug te kopen? Wil je de losser zijn? Vermoedelijk was het zo, dat als hij het land terugkocht, dat hij voor lange tijd (tot het jubeljaar) recht had op de opbrengst van het land. Daarna zou het weer in handen van Naomi vallen. De man blijkt hier toe bereid te zijn. Maar dan gaat Boaz verder, onderdeel van de deal is ook dat hij dan trouwt met Ruth. Ja, dat maakt de deal anders. Want als er dan kinderen komen, zal hij weer afstand moeten doen van de grond, omdat die dan zal zijn voor de nakomelingen van de overledene. En dan is het niet langer meer zijn bezit, en heeft hij er geen profijt van. Bovendien kan er zo maar gedoe komen in zijn huis. De man ziet ervan af; het risico is hem te groot.
En zo wordt de weg gebaand voor Boaz. Hij kan gaan doen wat hij Ruth had geloofd. Hij mag nu officieel de losser zijn. De man zonder naam trekt zijn schoen uit, en geeft te kennen dat hij geen voet zal zetten op het land van Elimelech en dat het helemaal voor Boaz is. En zo is voor Boaz de weg vrij om met Ruth te trouwen.
Gemeente, best een spannend gebeuren wat in de poort van de stad gebeurt. Als de man wel losser had willen zijn, was deze geschiedenis helemaal anders verlopen. Zo spannend kan het voor ons mensen zijn. Als wij het idee hebben dat God ons een weg wijst, als Hij voor ons een deur lijkt te openen, dan wil dat niet zeggen dat alles makkelijk zal gaan. Soms lijkt het allemaal aan een zijden draadje te hangen, en denk je: ik zal het wel mis gehad hebben, dit zal wel niet de bedoeling van God zijn, maar dan ineens komt er een doorbraak. Je kunt toch aan die baan beginnen; ineens komen dingen in beweging. Ineens is de houding van iemand die tegen was, veranderd. Je snapt zelf vaak niet hoe, maar vergeet niet, dat God achter de schermen bezig is. Hij neemt de dingen van ons leven in Zijn handen, Hij stuurt de gedachten van mensen de kant op van Zijn plan. Maar dat is wel spannend soms; mensen kunnen ook tegenwerpen en dan duurt het soms langer. Maar God houdt altijd vast aan Zijn plan. Hij laat alle dingen meewerken ten goede.
4. De zegen wordt gegeven
En als de zaak is afgehandeld en de getuigen akkoord zijn, krijgt Boaz nog een zegen mee. Mooi denk je, dat ze hem de zegen van God toewensen. Maar het is wel een beetje vreemde zegen. Mag de vrouw in je huis als Rachel en Lea zijn, en mag jou huis worden als het huis van Peres, die Tamar aan Juda gebaard heeft. Rachel en Lea, dat was nou niet bepaald een goede combinatie. Lea baarde kinderen aan Jakob, maar was niet door hem geliefd. Rachel was onvruchtbaar en pas op latere leeftijd baarde ze Jozef en bij de geboorte van Benjamin sterft ze. En de situatie rond Juda en Tamar verdient ook geen schoonheidsprijs. Toch is deze zegenwens bijzonder, want in de levens van Rachel en Lea en Tamar, was God aan het werk. Hij ontfermde zich over hen. Hij was er met Zijn zegen. Het is dankzij de trouw van God dat het huis van Israël gebouwd is. De zegen verwijst dus naar de genade en trouw van God. Zoals hij toen met zijn zegen erbij was, laat Hij dat ook nu doen, Boaz, in jouw leven en in je huis!
5. Een kind wordt geboren en Naomi gaat zorgen
En dan komen we bij het tweede deel van dit hoofdstuk. Boaz heeft zich niet alleen het lot van Naomi aangetrokken, maar Hij neemt ook Ruth onder zijn hoede. Hij trouwt met haar en ze krijgen een zoon. God verbindt er zijn zegen aan. Hij laat Ruth zwanger worden, zegt de tekst in vers 13. De zoon geldt als kleinzoon van de overleden Elimelech en de zoon van Machlon. Hij is de erfgenaam. Via hem blijft het erfdeel in de familie. Het is alsof Naomi zelf een zoon heeft gekregen.
Toen ze aankwam in Bethlehem was iedereen in rep en roer en spraken de vrouw over haar. Hij spreken ze tegen haar en prijzen zij God voor wat er gebeurd is. Boaz die de losser wilde zijn. Het huwelijk met Ruth. En de zoon die nu geboren is. Ook de inwoners van Bethlehem zien de hand van God in alles wat er rondom Naomi gebeurt. Naomi straalt weer. Ze kwam leeg terug, maar kijk nu eens: ze heeft een baby in haar armen. Ze neemt het kind van Ruth en Naomi in haar armen, drukt het op haar borst, en gaat ervoor zorgen. Wonderlijk dat de vrouwen ook de naam aanreiken. ‘Obed’ moet hij heten. Dat betekent ‘knecht’ of ‘dienaar’. Deze zoon zal iemand zijn die dient. Met deze naam eren de vrouwen Ruth en Boaz. Boaz die bereid was om de losser te zijn, die Naomi heeft geholpen en Ruth heeft getrouwd. Ruth deed een appel op hem: mag ik onder je vleugels schuilen. Wil je mij aanvaarden en de schuld die ik heb. Boaz was bereid. Hij was bereid te dienen. Maar laten we ook Ruth niet vergeten. Ze heeft alles opgegeven en zich helemaal gegeven voor Naomi,.Ze was zelfs bereid om met Boaz te trouwen. Als er iemand vol dienende liefde was, dan was het Ruth wel. De naam van het kind drukt erkenning uit voor wat ze samen hebben gedaan.
Bij Naomi is een zoon geboren, zeggen ze. Naomi die zei: ‘noem mij maar Mara’, heeft haar liefelijkheid weer terug gekregen. God is haar genadig geweest. Wonderlijk hoe God de dingen ten goede keert.
6. Nieuw zicht op de trouw van God
Hiermee zijn we aan het einde van het boek Ruth gekomen. Wat een bijzonder boek is het eigenlijk. Wat mij het meest trof is hoe God betrokken is op levens van gewone mensen. Mensen net als wij. Met hun keuzes, met hun vreemde plannen, met hun bitterheid, met hun zonden en wonden, maar ook – door de genade van God – met hun belangeloze liefde, met hun toewijding en beschikbaarheid. Het boek Ruth is een boek met een krachtige boodschap. Het laat ons iets zien van de trouw van God.
a. Naomi.
Allereerst bij Naomi. Wat nam haar leven een verdrietige wending. In Moab is ze bijna alles kwijt geraakt. Haar man, haar kinderen, haar hoop en toekomst. Noem mij maar ‘Mara’. Teleurgesteld en bitter keerde ze terug. Maar al gaande weg zien we haar veranderen. Ze krijgt weer hoop. Door liefde van Ruth. De zorg van Boaz. Het feit van de lossing. Door Obed die geboren wordt. Maar het startpunt van de verandering in haar leven is eerder. De verandering begint als ze hoort dat de Heere naar Zijn volk heeft omgezien (1:6). Wanneer ze dat hoort, besluit ze om terug te keren naar Bethlehem. Je zou kunnen zegen: haar terugkeer naar Bethlehem, dat is haar bekering. Ze maakt een U-bocht. En God zegent die terugkeer. Maar de verandering start niet bij het besluit van Naomi, maar bij het bericht dat ze hoort. God laat haar in Moab weten dat Hij zich over Bethlehem ontfermd heeft. Alles start dus bij God. De genade van God gaat voorop. En zo is het nog steeds. Eerst het bericht. Het Woord. De prediking. Een getuigenis. En daarop mogen wij reageren. En als we antwoorden, zal God er zijn met zijn zegen.
Bij Naomi zien we dat de deur van Gods genade nog steeds openstaat. Als de dingen in ons leven niet goed verlopen, als we verbitterd zijn geraakt, als we vast zitten in zonden, als God misschien wel ver weg is in onze beleving, dan blijft gelden, dat terugkeer mogelijk is. De deur bij God staat open. Wees er door bemoedigd. Voor God zijn er geen hopeloze gevallen. Als je ver weg van God bent, sta dan vandaag nog op, en zeg het maar. Dit is niet goed. Zo wil ik niet langer leven. Neem mijn leven in uw handen. Dan zal God zich over ons ontfermen. Zo trouw is Hij!
b. Ruth.
De trouw van God zien we ook in het leven van Ruth. Hij leidt haar naar de akker van Boaz. Hij stuurt haar de kant van Boaz. Hij geeft dat Boaz haar losser wil zijn. Als Boaz in de poort zit komt net het andere familielid langs. Zo leidt God ons leven door – voor het oog – toevallige gebeurtenissen. Waarom ontmoet je nou net die ander als je naar buiten gaat, in de supermarkt of in de trein. Waarom nou juist op dat moment dat je het nodig hebt, die preek, dat lied, dat kaartje door de bus of dat Appje. Geloof dat Gods handen er zijn. Geloof dat Hij betrokken is op ons leven. Terwijl we dat niet verdienen. Laten we ons erover verwonderen!
De trouw van God zien we ook in het feit dat Hij Ruth niet vergeet. In dit laatste hoofdstuk horen we niets meer van Ruth. Ze verdwijnt helemaal naar de achtergrond. Ruth heeft zich helemaal toegewijd aan Naomi. Maar in het laatste hoofdstuk horen we niets meer van haar. Maar weet u, God is haar niet vergeten! Wat ze in het verborgene heeft gedaan, dat heeft Hij wel degelijk gezien. We komen haar naam tegen in het NT, in het geslachtsregister van de Heere Jezus. Daar wordt ze met ere genoemd. Mat. 1:5 ‘Boaz verwekte Obed bij Ruth’. Dat zegt ons iets belangrijks: God ziet wat we in stilte en taaie toewijding voor iemand doen en Hij vergeet het niet. Een lied zegt: wat gedaan werd uit liefde tot Jezus, dat houdt zijn waarde en zal blijven bestaan. Wees erdoor bemoedigd!
En wat ook zo mooi is, Ruth is afkomstig uit Moab. Ze is een vreemdeling. Uit een ander volk afkomstig. Ze heeft andere goden gediend. Maar via Naomi heeft ze de God van Israël leren kennen. Als een buitenstaander is ze bij dat volk ingelijfd. Dat laat zien hoe groot het verlangen van God is, dat niemand verloren gaat.
Gemeente, laat dat ook steeds weer ons gebed zijn, dat God ook ons gebruikt om mensen in aanraking met de Heere Jezus te brengen. Dat Hij wat we zeggen of doen in Zijn hand neemt om anderen te bereiken. Asielzoekers. Collega’s. Buren of vrienden. Toeristen die hier binnenkomen. Gods armen staan wijd open. Hij weet raad met alles van ons leven. En Hij zal nooit iemand afwijzen.
c. Boaz.
En dan als laatste Boaz. Je ziet de trouw van God ook weerspiegelt in wat deze man doet. Hij leeft dagelijks met God. Is betrouwbaar. Weet Ruth met Zijn woorden te troosten. Hij is bereid om losser te zijn. In een woord: Boaz is iemand die dient. Zoals de naam van het kind is, Obed, dienaar, zo is ook de levenshouding van deze man.
De schrijver laat ons zo zien, hoe een leven met God er uit kan zien. In de hoop dat wij ook zulke mensen zullen zijn. Dat gaat niet vanzelf. Daar is gebed voor nodig. De Geest van God moet het doen. Maar als we de Heere daarom vragen, zal Hij ons tot dienende mensen maken. Gewoon op de plek waar we wonen, werken; in ons netwerk of vriendengroep. Een keer boodschappen doen. Een luisterend oor. Een stil gebed. Dienen, vanuit de liefde van Christus. Zoals dat lied zegt: ‘Ik wil jou van harte dienen en als Christus voor je zijn. Bid dat ik genade vind, dat jij het ook voor mij kunt zijn.’ Het is soms niet meer als een handvol koren. Maar als God het in Zijn handen neemt, zal Hij het vruchtbaar maken.
7. Jezus als teken van de trouw van God
Nog een laatste opmerking. Het boek Ruth speelt zich af in een donkere tijd. Het is de tijd van de Richteren. Er is geen koning is. Iedereen doet doet wat goed is zijn of haar eigen oog. Heel de tijd schreeuwt om een rechtvaardige koning. In die moeilijke tijd zorgt God zelf voor een koning. Obed is de stamvader van koning David. Het laatste woord van het boek is de naam ‘David’. Het boek kijkt dus vooruit naar de ware koning die zal komen. De man naar Gods hart.
Wij mogen daarin een verwijzing zien naar de grote Zoon van David, de Heere Jezus. Hij kwam om te dienen. In een tijd dat niemand naar God vroeg, kwam Hij om onze losser te zijn. Hij is het Kind dat in de kerstnacht in Bethlehem werdgeboren. In Hem ziet God naar deze wereld om. Een wereld waarin zoveel mis is, in die wereld kwam Hij om te dienen en zijn leven te geven als losprijs voor onze zonden. In boek Ruth zagen we al de sporen van Hem. Hij is de meerdere Boaz, die de weg naar het volle leven heeft geopend. Wie mij volgt, zal beslist niet in de duisternis wandelen, maar het licht van het leven hebben. Hij werd arm, verliet alles wat Hij had, om ons rijk te maken in God. Hij stierf de dood aan het kruis, om ons het leven te kunnen schenken. Hij is de losser, die ons verlost van het verderf.
Het is de trouw van God, dat wij ook vandaag over de Heere Jezus mogen horen. Hij is de ware Obed, de zoon van de levende God. Wie de zoon heeft, heeft het leven. Geloof het evangelie, en je zult leven. Amen.
Gespreksvragen
1. De leiding van God lijkt soms aan een zijden draadje te hangen. Herken je daar iets van? Waarom vinden wij het vaak best lastig om op Gods leiding te vertrouwen?
2. Over Ruth horen we niet veel meer. Wat vind je ervan dat alle aandacht uitgaat naar Naomi en haar kleinkind Obed? Doen we Ruth daarmee niet te kort?
3. Het boek Ruth laat zien hoe God zonder te spreken betrokken is op het leven van gewone mensen. Herken je daar iets van uit je eigen leven? Licht dat eens toe met een voorbeeld.
4. Bespreek wat in de preek gezegd wordt over de trouw van God in het leven van Naomi, Ruth en Boaz. Wat treft je daarin het meest?
5. Welke lijnen zie jij in het boek Ruth die al een verwijzing zijn naar de Heere Jezus?