Datum: 29 mei 2023
Download PDF
/
1. Als ik aan de Geest denk…
Als ik u vanmorgen zou vragen: maak de volgende zin eens af: ‘als ik aan de Geest denk, dan denk ik aan …’ Wat zou je dan op de stippellijn schrijven? Als ik aan de Geest van God denk, dan denk ik aan… welke beeld komt als eerste bij u of jou boven.
Misschien is het eerste beeld wel, dat van de wind. Lucas vertelt in 2:2 dat er geluid gehoord werd als een geweldige windvlaag, toen de Geest op de mensen neerdaalde.
Als Jezus een gesprek heeft met Nicodemus over de heilige Geest. Dan vergelijkt hij de Geest ook met de wind. De wind waait waarheen hij wil en je hoort zijn geluid, maar je weet niet waar hij vandaan komt. De wind is er, maar je krijg hem niet in je vingers. Zo is het met de Geest ook: hij is er, maar je kunt hem niet manipuleren, hoogstens tegenwerken. Hij doet wat God behaagt.
Of misschien dacht je wel aan vuur. De vlammen van vuur die zichtbaar zijn op de hoofden van de discipelen in Jeruzalem. Zodat de mensen konden zien dat er iets met hen was gebeurd. De Geest zet mensen in vuur en vlam voor Jezus.
Of je dacht aan een duif. Als Jezus gedoopt wordt, daalt de Heilige Geest als een duif op hem neer. De duif als een symbool van de Heilige Geest. In het logo van de PKN is de duif ook te vinden. Een kruis, met in het hart een duif.
Maar als we het aan Jezus zouden vragen, dan zou Hij op de stippellijn het woord water invullen. Als er één beeld is wat duidelijk kan maken wat de Geest doet, dan is dat water.
2. De Geest is als water.
Als we lezen in Hand. 2:4 dat de discipelen vervuld worden met de heilige Geest, dan wordt daar in het Grieks het woord pletho of pimplemi gebruikt. Dat werkwoord wordt ook wel gebruikt voor een spons. Een spons die zich volzuigt met water. De gelovigen zuigen de heilige Geest als het ware op en worden er helemaal mee doordrenkt.
En als Petrus in zijn preek de profeet Joël aanhaalt, dat God zijn Geest zal uitstorten op alle vlees, dat betekent dat woord in het Grieks, ekcheo, letterlijk: uitgieten. Dat woord wordt gebruikt voor een emmer die vol water zit en die je leeggiet over iemand heen. Zodat je helemaal nat bent.
Anekdote. Wandelen in Colombia, met de familie Klaassen. Prachtig park. Alleen, begon het te plenzen … paraplu … doorweekt werden we.
Dat is het beeld dat hier gebruikt wordt. Als de Geest je hart vervult, kun je dat vergelijken met helemaal nat worden. De Geest lijkt nog het meest op water. Dat kom je vaak tegen in de Bijbel. Denk aan de woorden van Jesaja, aan het begin van de dienst: ‘Ik zal water gieten op het dorstige, Ik zal mijn Geest op uw nageslacht gieten’. Of wat Jezus zegt in Joh. 7:38: ‘wie in Mij gelooft, stromen van levend water zullen uit zijn binnenste vloeien’ en dan gaat het over de heilige Geest.
3. Pinksteren: Jezus doopt in de Geest.
Dat is wat er gebeurt op de eerste Pinksterdag in Jeruzalem. Jezus dompelt zijn leerlingen onder in de Geest.
Weet u, dat was ook aangekondigd in de prediking van Johannes de Doper. Dat was Johannes steeds weer zei: ik doop jullie wel met water (dat was een doop van reiniging, waarbij mensen hun zonden beleden en ze door God werden schoongewassen), maar – zei Johannes – na mij komt iemand, die belangrijker is dan ik en Hij zal jullie dopen met de Heilige Geest; Hij zal jullie helemaal onderdompelen in de heilige Geest.
In de drie jaar dat de Here Jezus optrad, heeft Hij niemand gedoopt in de Geest. Dan kon toen nog niet. Want eerst moest het grote obstakel tussen God en ons geslecht worden; eerst moest de zonde verzoend worden aan het kruis. Toen Jezus dat gedaan had, was de weg vrijgemaakt en kon de Heilige Geest komen. Op de 50e dag na Pasen, op het Pinksterfeest, doopt Jezus zijn volgelingen met de Geest. Dompelt hij ze helemaal onder in het machtige werk van Gods Geest.
4. Waarom doopt Jezus met de Geest?
Waarom gebruikt de Here Jezus voor de komst nou dat beeld van dopen, van onderdompelen? Nou ik denk, omdat het zo’n concreet beeld is. Bij water kunnen we ons allemaal iets voorstellen. Ik zal 6 dingen noemen.
4a. Water maakt nat. Met een beetje water kun je iemand behoorlijk nat maken. Giet maar eens een glas water over je hoofd. Niet alleen je hoofd wordt nat, maar het water zak naar je handen en bereikt misschien wel je voeten. Zo werkt de Geest dus. Zoals water je helemaal nat maakt, zo raakt de Geest je hoofd, hart, handen en voeten aan. Dat zie je hier met Pinksteren gebeuren. Neem nu Petrus. Een eenvoudige visser uit Galilea neemt hier heel vrijmoedig het woord (mond), hij blijkt opeens diep inzicht te hebben in de Schrift (hoofd), hij schaamt zich niet (als je nat bent door de regen, maakt een beetje meer water ook niet meer uit), later zal hij het huis van de heiden Cornelius betreden (voeten). De Geest neemt alles in dienst.
4b. Water stroomt. Het gaat van de ene plek naar de anderen. Dat doet de Geest ook. Hij brengt mensen in beweging. De Geest stuwt de discipelen steeds verder de wereld in, dat zien we in het boek Handelingen: eerst Jeruzalem, dan Judea en Samaria, dan de wereld in. De Geest doorbreekt geografisch, sociale, intellectuele en andere grenzen. De Geest stroomt vanuit Jeruzalem de wereld in. Zet mensen in beweging. Altijd en overal.
4c. Water zoekt altijd het laagste punt op. Ook dat is wonderlijk, dat water steeds een lager gelegene punt opzoekt. Zo zoekt de Geest ook altijd de diepte op, waar mensen gebonden zijn, in de put zitten, daar zoekt de Geest hen op. De Geest stroomt naar de diepste en donkere hoeken van je hart, dat wat je verborgen houdt, wat niemand weet, waar trauma en pijn zijn, daar brengt Hij het licht en de liefde van God, daar brengt hij reinheid en vernieuwing en genezing.
4d. Water is essentieel. Zonder water kun je niet leven. Dan ga je dood. Zonder de Geest kun je niet leven. Want de Geest helpt je in de Here Jezus te geloven. Zonder geloof in Hem, ga je verloren, ben je dood. Je kunt de Geest niet missen, net als je water niet kunt missen. Daarom roept Petrus de mensen in Jeruzalem op om in de Here Jezus te geloven. De Geest richt altijd de schijnwerper op de Here Jezus. Zonder Hem ga je verloren!
4e. Water reinigt. Vuile handen was je met water weer schoon. Dat doet de Geest dus ook. Als de Geest je hart aanraakt, laat Hij zien wat er niet goed is. Hij brengt verborgen zonden aan het licht. Hij zegt wat er niet goed is in je leven. Dat zien we ook hier. De preek van Petrus is radicaal. Zoals je bent kun je in het koninkrijk van God niet komen, bekeer je. Neem afstand van je zonden. Belijdt ze aan God, en Hij zal je zonden vergeven en je helemaal schoon wassen. De Geest reinigt.
4f. Water lest de dorst. Je kunt op een warme dag je dorst lessen met water. Zo doet ook de Geest. Het verlangen dat er in je hart leeft, de hunkering naar God, het gemis, wordt door de Geest beantwoord. Hij maakt de nabijheid van God voelbaar. Hij doet je beseffen, dat God naar je omziet. Hij openbaart de liefde van de Vader in je hart. Daar zijn ze op de pinksterdag allemaal vol van. De Geest vult hun hart. De droge spons van verlangen en droefheid naar God, wordt heerlijk vervuld. Nieuwe liefde. Nieuwe passie. Nieuw vuur komt over de discipelen.
5. Als de Geest ons vervult …
Met Pinksteren stort God zijn Geest uit. Waarom doet Hij dat? Het antwoord is eenvoudig. God wil mensen inschakelen om het goede nieuws door te geven. Dat de Schepper van hemel en aarde ons gemaakt heeft, dat Hij ons liefheeft. Hij nodigt ons uit om Jezus’ discipelen te zijn. Om Hem te dienen als onze Koning en ons door Hem te laten inschakelen. Een koning kan niet zonder onderdanen. Dat kunnen we niet in eigen kracht. Daarom schenkt Hij ons de Geest. Met de komst van de Geest rust de Here Jezus zijn volgelingen toe, om Hem te kunnen gehoorzamen en Hem te kunnen dienen.
6. Wonder van Pinksteren.
En als de Geest je leven binnenkomt, als God je met Zijn Geest doopt, dan komen dingen in beweging. Weet je wat er gebeurt? Zal ik eens een paar dingen noemen?
7. Vrucht van de inwoning.
7a. Spreken. Er gebeurt allereerst iets met je mond. Je gaat dingen zeggen, die je vanuit jezelf nooit zou zeggen of nooit zou delen met anderen. Wat de Geest werkt in je hart, dat komt naar buiten. Als de liefde van God in je hart is uitgestort, zoals Paulus in Rom. 5:5 zegt, dan komt dat naar buiten. De discipelen gaan spreken over de grote werken van God, vers. 11. Ze doen dat op de Pinksterdag in de talen van de mensen daar, maar de inhoud van wat ze zeggen, is letterlijk: God groot maken. In vers 47 lezen we dat zij God gaan loven. En als je de leerlingen van Jezus volgt in Handelingen, om te beginnen Petrus, maar later ook Johannes, Stefanus, en al die anderen, er is een naam die steeds weer op hun lippen komt, en dat is de naam van Jezus. Hij die het voor hen volbracht heeft. Hij die ze getrokken heeft uit de duisternis. Hij die alles van ze weet, en ze toch liefheeft. Het is de naam van Jezus, die steeds weer klinkt. Dat is nou typisch de Geest. Als je wilt weten of iemand de Geest heeft ontvangen, vraag hem of haar wie Jezus voor ze is. Dan merk je het vanzelf wel.
7b. Doen. Je ziet het ook in wat ze doen. Ze gaan dingen doen, die ze vanuit zichzelf nooit zomaar zouden doen. Je ziet het in de vrijmoedigheid van Petrus, om voor de hele menigte een wervende preek te houden. Hij was maar een gewone man, net als wij. Maar als de Geest je aanraakt, dan leg je je alle schroom af. Je ziet het als Petrus in de naam van Jezus een verlamde aanspreekt, die weer kan lopen. In de naam van Jezus sta op. En de man staat op en gaat lopen en God groot maken. God wil door de Geest nog steeds wonderen doen. De Geest laat hem zien wat God van plan is en hij gehoorzaamt. Je ziet het door het hele boek Handelingen heen. Als de Geest Filippus naar een eenzame weg stuurt om de kamerheer uit Ethiopië te ontmoeten, dan luistert hij. Als Ananias de opdracht krijgt, om Paulus te ontmoeten en voor hem te bidden, dan gehoorzaamt hij. Dat verlangen werkt de Geest uit in je leven. Want het koninkrijk functioneert alleen als de koning op zijn onderdanen kan rekenen. Dat zullen we nooit uit eigen beweging doen of kunnen, maar de Heilige Geest spoort ons aan en legt het verlangen in ons hart en geeft kracht om het te doen.
Ik zou nog veel meer kunnen noemen. Maar dit is wat de Koning van zijn onderdanen verlangt: dat we vol zijn van Jezus; dat als God iets tegen ons zegt, het verlangen om iemand te bezoeken, voor iemand te bidden, iets tegen iemand te zeggen, of wat dan ook, dat we er dan gehoor aan geven. We kunnen zoiets nooit afschuiven, dat kan ik niet, dat heb ik geen cursus voor gevolgd, want alle dingen zijn mogelijk voor wie gelooft. Het is Pinksteren geweest.
8. Opnieuw vullen.
Even terug naar het water en de spons. Wat gebeurt er als je een spons uitknijpt, dan druppelt er water uit. Hoe meer wat er uit gaat, hoe droger de spons wordt. Zo kan het zijn in je leven. Als je hart niet echt voor de Here hebt geopend, is er niet veel water binnen gekomen. Of misschien heb je in je leven wel veel aan anderen mogen geven, een bemoediging, tijd en aandacht, gebed, concrete zorg voor een broeder of zuster, dan kan het ook zijn dat de spons van je hart droger is geworden. Dat merk je. Dan is de omgang met de Here misschien ook wel droog in je leven, verschraalt. Dat zou zomaar kunnen.
God weet daar raad mee! Daarom staat er in de Bijbel: ‘wordt vervuld met de Geest. ‘Laat je maar opnieuw vervullen, onderdompelen. God wil dat droge hart opnieuw bevochtigen. Hij wil niets liever dan je vervullen met zijn liefde en met zijn Geest. Je hoeft alleen maar je handen en je hart naar de Heere te openen. Heilige Geest van God, kom en vul mijn hart, vul mij opnieuw.
Zullen we daarom bidden. Ik wil je uitnodigen om te gaan staan. We sluiten de ogen, maar als je verlangt te ontvangen, open je handen maar als een gebaar naar God toe: ik wil dat u mij onderdompelt in uw Geest.
Dan ga ik daar nu met u om bidden. Laten we bidden:
Here Jezus, u bent het die aan het kruis de zonde hebt verzoend; u bent onze Heiland; wij bidden u zie ons aan in uw genade, ons hart is vaak zo leeg en zo lauw, wij zijn mensen die het niet verdienen, dat u naar ons omziet, maar nu horen we dat u het bent die doopt met uw Geest, die ons hart en leven weer opnieuw wil vervullen, daarom bid ik u voor uw gemeente die hier samen is, jongeren en ouderen, zie het verlangen in hun hart en leven, verlangen en verlegenheid, raak hun hart opnieuw aan, vervul het opnieuw, dompel hen onder, in uw Geest: met nieuwe liefde en passie voor de Here Jezus, met nieuwe reinheid, met nieuwe gehoorzaamheid, met nieuwe moed en met nieuwe hoop, Here zegen zo uw gemeente, en verheerlijk u grote Naam. Dat bid ik u in de naam van Jezus, uit genade. Amen.