Als God gaat spreken …

Schriftlezing: Jesaja 55
Datum: 4 december 2016
Download PDF


1. Eenmaal een standpunt…

Als wij mensen ergens een mening over hebben, zijn we er vaak moeilijk van af te brengen. Als iets zich in onze gedachten heeft genesteld, dan moet er heel wat gebeuren, willen we van gedachten veranderen. We hebben iets van iemand gehoord, ons een beeld gevormd van de situatie, van iemands leven, en dat raken we niet zomaar kwijt. Gedachten zijn vaak ongelofelijk taai. Standpunten ook. Dat is iets waarop je staat, waarvoor je gaat. Doorgaans zijn we daar moeilijk vanaf te brengen.

2. Hardnekkige beelden

De profeet Jesaja worstelt daarmee. Hij is geroepen om een boodschap te verkondigen aan de ballingen in Babel. Maar die boodschap roept weerstand op en ongeloof. Er zijn mensen, die als ze nog in God geloven, van mening zijn, dat wij over Zijn plannen en bedoelingen, over wat Hem beweegt en er in Hem omgaat, geen zinnig woord kunnen zeggen. Kunt u zich dat voorstellen, dat mensen zo gaan denken? Als ze al kennis van de Bijbel hebben, dan weten ze deze tekst van Jesaja wel te vinden: Mijn gedachten zijn niet uw gedachten, en uw wegen niet Mijn wegen. Met andere woorden: God is ondoorgrondelijk. Zijn wegen zijn voor ons mensen niet te bevatten. Soms kun je die ervaring hebben. Je hebt bepaalde gedachten. Je stippelde in die lijn wegen uit. Maar jammer genoeg ging er een streep doorheen. God had blijkbaar andere gedachten. Zijn wegen waren anders. Of je het leuk vindt of niet, zo gaat dat nu eenmaal. God zal er wel een bedoeling mee hebben. Al weten wij mensen niet welke dat is. Van mensen weten we soms wat ze willen, maar bij God is dat anders. Hij is de gans Andere. Hij is voor ons onkenbaar. Zo hoog als de hemel is boven de aarde, zo hoog zijn Gods gedachten. Je kunt er niet bij. Je kunt ze zeker niet begrijpen. Gods wegen zijn ondoorgrondelijk. Daar moeten we ons maar bij neerleggen. Erin berusten, dat is het enige dat we kunnen doen. Dat is een reactie waar Jesaja op stuit.

Maar er is ook een andere groep mensen. Jesaja brengt een boodschap voor mensen die ver van huis zijn. Letterlijk en figuurlijk. Mensen die hun land, hun bestemming, hun God zijn kwijt geraakt. Ze vragen zich af: zie Hij nog wel naar ons om? Wat merken we nog van Hem in Babel? Heeft Hij ons niet vergeten? Ze hebben de harp aan de wilgen gehangen. Er is geen vreugde meer, en zeker geen loflied. Ons recht gaat aan ons voorbij. De Here is ons vergeten. Velen denken ook, we hebben het ernaar gemaakt. Hadden we maar… En zo vullen gedachten van wroeging, van prijsgegeven zijn, van verlatenheid hun hart. Gedachten die erg hardnekkig zijn.

En dan moet de profeet zeggen: Gods gedachten en wegen zijn anders, hoger. Maar dat is geen woord om deze mensen het zwijgen op te leggen. Ze zijn niet bedoeld om hen maar in hun gedachten te laten berusten. Het is juist omgekeerd! De woorden van Jesaja zijn juist evangelie. Hoopvolle woorden voor een moeilijke tijd. Hij roept de mensen niet op tot gelatenheid en berusting, maar tot vertrouwen op de Heere God.

Dat is nu precies waar de profetie van Jesaja 55 over gaat. Luister naar het Woord van God. Dan zul je gezegend worden. Dan zal Gods Woord in je leven niet vruchteloos zijn, niet zonder vrucht zijn. Van Gods Woord gaat kracht uit. Het zijn Gods eigen gedachten, die erin opgetekend staan. Die boodschap geldt voor Israël in de eerste plaats, het volk waartegen Jesaja zich richt, maar ook voor alle gelovigen uit de volken. Gelovigen die door de Here Jezus, medeburgers geworden zijn van Gods volk. De profetie van Jesaja is in de eerste plaats een kritisch woord.

3. Een kritische woord

Dat zegen we vanmorgen. Jesaja doet een appel op het Joodse volk dat in Babel leeft. Naar mate de jaren vorderen, vervaagt de herinnering aan de oude beloften van God. Sommigen hebben geen zin om mee te gaan met de Uittocht, de terugkeer naar het beloofde land. Anderen geloven er niet in.

En dan komt de profeet met een kritische boodschap: Babel is niet jullie eindbestemming. Jullie tentpinnen mogen niet te vast in de grond staan. God heeft jullie bestemd voor het land van de belofte. Sta op. Geef gehoor aan het woord van God. Hij roept je. Nu is het de tijd.

Hoe kan het dat velen, die zo vertrouwd zijn met de woorden van God, toch niet in beweging komen? Hoe kan het dat als je het Woord kent of ermee bent opgevoed, er toch niets mee doet. Was toen zo. Is nog steeds.

Ik herinner mij de terugreis in 2012, na een gemeentereis. Ik zat naast een majoor uit het Israëlische leger. Tevens ook piloot bij El Al. Gesprek. Lezen van Psalm 91. Boodschap van Gods bescherming voor zijn volk, voor wie op de Here vertrouwt. Vervreemd van Gods Woord. Hij had die tekst sinds zijn school periode niet meer aangeraakt.

Kan ons ook overkomen. Dat we ermee opgevoed zijn, maar dat al gaande weg God en zijn Woord op de achtergrond is geraakt. Door beslommeringen van elke dag, door drukte van ons gezin of door onze carrière; of door moeiten en zorgen, dat het verlangen gedoofd is, dat er geen honger en dorst meer is naar God en naar Zijn Woord. Begrijpelijk misschien, maar ook gevaarlijk.

Er is een verhaal van een overstroming in India. Een moeder, een zoon en dochter waren in een boom geklommen, omdat het water plotseling was opgekomen. Ze hadden de takken vastgegrepen en waren omgeven door kolkend water. Na verloop van tijd passeerde een reddingsbootje. Het kon niet dichterbij komen vanwege de rommel die er was tussen de boot en de boom. De reddingswerkers in de boot riepen hun toe: spring, spring. Maar de familie durfde niet echt. Uiteindelijk na veel aarzelen sprong de zoon en kwam in de boot terecht. Ook de dochter sprong, ze landde in het water, maar werd binnenboord gehaald. De reddingswerkers samen met de zoon en dochter riepen de moeder toe om te springen, maar ze durfde niet. Spring maar, je kunt het wel, we trekken je wel uit het water. Maar de durfde niet. Plotseling brak te tak af waarop ze zat, en ze verdween in het kolkende water. Dat is het appel: zoek de Heere, nu Hij te vinden is!

Als de profeet oproept om ons te bekeren in vers 7, dan gaat dat over onze weg: de dingen die je doet, de keuzes die je maakt. Dan gaat dat over onze gedachten, die aanleiding geven tot wat we doen. Wat is daarin niet van God? Wat past niet bij de weg die God wil dat je gaat? Doe het weg! Ga niet verder! Keer je om! Houd niet vast aan je eigen gelijk. Steek de hand uit naar de ander. Goddeloze wegen. Zondige gedachten. Keer je daarvan om. Dan mag je ervaren: Hij vergeeft veelvuldig. Zo mogen we opnieuw beginnen.

De profetie van Jesaja herinnert ons er ook aan dat het Woord van God een krachtig woord is.

4. Een krachtig woord

Jesaja richt zijn boodschap tot het volk in Babel. Joden in de verstrooiing. Een kleine minderheid. Joden die leefden aan de rand van het machtige Babylonische rijk, met zijn indrukwekkende cultuur en godsdienst. Met haar vele goden, tempels en processies. Een volk zonder tempel, zonder offerdienst. Wat ging er nog van uit? Wat kon je daar nog van verwachten? Nou zegt de profeet: Verwacht grote dingen van het Woord van God! Dat is de boodschap die Jesaja brengt. Gods woord heeft kracht. Vers 10-11. Zoals regen en sneeuw dor en droog land vruchtbaar maakt, zo zullen Gods woorden zijn in het leven van wie gaat luisteren, in het leven van wie die woorden serieus gaat nemen.

Wie in Israël is geweest, die kan het zich beter voorstellen. Grote delen van het land waren niet anders dan droge stukken woestijn. Maar toen ze het land zijn gaan ontginnen, en beplanten, toen men water bracht en het gezaaide ging bevloeien, is het dorre land tot leven gekomen. Zo kan het zelfs gaan in de woestijn. Na een regenbui kunnen in de woestijn zelfs bloemen bloeien. Zo zullen de woorden van God ook zijn. Gods Woord is krachtig. Het opent deuren. Brengt licht in donkere situaties. Vernieuwt relaties. Gods woord brengt verzoening in relaties die gebroken zijn. Geeft kracht aan mensen die uitgeput zijn. Schenkt hoop aan mensen die twijfelen. Het Woord van God is krachtig en zal niet vruchteloos terugkeren. Wat God beloofd heeft zal Hij doen!

Israël heeft het ervaren. Oude profetieën komen voor onze ogen tot vervulling. God haalt Israël thuis uit alle volken. Het land wordt weer bewoond. Er zitter weer oude mensen op de pleinen en kinderen spelen op de straten. De woestijn wordt ontgonnen. Er wordt volop gezaaid en er zijn vruchten op het land. Woorden die door de profeten waren opgetekend en in vervulling zijn gekomen.

Wij mogen het ook weten dat wat God beloofd heeft Hij ook doet. Wij weten vanhet Woord dat vlees is geworden en onder ons heeft gewoond. Met Kerst is God uit de hemel neergedaald. Is Hij ingaan in onze werkelijkheid. Het Woord dat uit de mond van God uitging is niet leeg teruggekeerd. Christus is niet onverrichter zake naar de hemel teruggekeerd. In Bethlehem stond zijn kribbe. Op Golgotha Zijn Kruis. En toen Hij opstond uit de dood, schonk Hij Zijn Geest, om alles nieuw te maken. Gods gedachten zijn zo anders dan onze gedachten.

Hebben we dat vandaag ook niet geproefd in het avondmaal, in de tekenen van brood en wijn? Dat wonderlijke en onvanzelfsprekende van Gods genade. Dat Hij tegen ons zegt: Kom tot Mij, allen die vermoeid en belast zijt, Ik zal u rust geven. Aan Zijn tafel mochten wij versterkt worden. Het zijn de woorden van God die leven wekken, moed geven. Onze wegen, waarop we zo vaak dwalen en die soms doodlopen. Maar Gods wegen lopen nooit dood. Wat Hij zegt, gebeurt. Hij wekt leven waar het niet is. Hij geeft hoop, waar het niet is. Hij geeft kracht waar het niet is. Alles wat God zegt en doet, is nooit zonder vrucht!

Dat betekent dat we deze woorden moeten lezen en bestuderen. Ze ons eigen maken in onze gebeden. Hoe krachtiger zullen onze gebeden worden, als we ze baseren op beloften die God al gegeven heeft! We hoeven Hem niet te vragen: wilt u alstublieft dit of dat doen, als Hij al beloofd heeft het te zullen doen. Bijvoorbeeld: gebed wilt u ons nabij zijn, maar Jezus heeft dat toch al beloofd? Ik ben bij u alle dagen. Gebed: dank voor belofte. Help om het te zien en erop te vertrouwen. Vele voorbeelden te noemen. Maar dan moeten we die beloften wel kennen. Ermee bezig zijn. Dan krijgen we ook oog voor de toekomst. Als we de profetieën over de eindtijd gaan lezen en bestuderen. Dan zullen we zelf ook de kracht van Gods woorden ervaren.

Tenslotte, het Woord van God is koninklijk.

5. Een koninklijk woord

Want wat God voor ogen heeft is zo mooi, en zo bijzonder. We lezen het in het slotvers: voor een doorn zal een dennenboom opgaan voor een distel een mirt. Doornen en distels (brandnetels) zijn in de Bijbel tekenen van een verlaten land. Een land onder het oordeel van God. Doorn en distel zijn tekenen van verwording, van stekeligheid, je voortdurend bezeren. Voor een doorn zal een dennenboom, een cipres opgaan. Een boom waar ooievaars en reigers in nestelen. Een boom die diende voor de bouw van de tempel. En voor de distel zal een mirt opgaan. Een altijd groene heester. Met bladeren en bloemen die heerlijk ruiken. Die een liefelijke geur verspreiden.

Dat wat niemand verwacht zal toch gaan gebeuren. Zo was het ook met het leven van de Here Jezus. Niemand had verwacht dat het vrucht zou dragen. Hij was door God geplant in Israël. Geboren in Bethlehem. Geleefd in Nazareth en Kapernaum. Geleden in Jeruzalem. Wat zou er van Hem terecht komen. Wie heeft zijn prediking geloofd? Hij is als een loot opgeschoten, als een wortel in de dorre aarde. Hij had geen gedaante noch heerlijkheid. Mensen verborgen hun gelaat voor Hem. En toch was Hij de man naar God hart. Toch was Hij het die onze ziekten en zonden heeft gedragen. Toch was Hij het die de wil van de Vader deed. Toch was Hij het die verzoening en vergeving, nieuw en eeuwig leven verwierf, voor wie in Hem, gelooft. Zijn leven droeg veel vrucht.

Zo zal het gaan zegt Jesaja. Gods woorden zullen vrucht dragen. De doorn maakt plaats voor een cipres, de distel voor de mirt. Zo koninklijk zal Gods woord uitwerken. Een eeuwig teken, zegt de profeet. Zo blijft er hoop voor Israël en voor gelovigen uit de volken. Als wij Gods woord serieus nemen, en luisteren naar de stem van de Here Jezus, dan geldt ook ons deze belofte, Je zult niet stekelig zijn, maar groen en fris. Je mag delen in de toekomst van God, als straks de Messias komt naar Israël, dan mag je met het volk uitgaan in blijdschap. Vers lezen. Vol vreugde zul je zijn. Met verwachting kijk je uit naar de komst van Jezus. De Messias van Israël, de Redder van de volkeren. Wat zal die dag bijzonder zijn! Als God al zijn beloften vervuld. Voor Israël en allen die op de Heere Jezus hun vertrouwen hebben gesteld. Als Zijn Woord tot vervulling komt.

Laten we met verwachting uitzien naar die dag en vandaag doen wat God van ons vraagt.

Amen.