Datum: 31 december 2016
Download PDF
1. Afscheid van een jaar!
Vandaag nemen wij afscheid van het jaar 2016. Hoewel de overgang van oud naar nieuw meer iets is van onze agenda – in de kerk is het immers de tijd van Epifanie, de nadagen van Kerst, waarin het gaat over de besnijdenis van Jezus en Zijn naamgeving, over de wijzen uit het Oosten – toch is zo’n overgang naar het nieuwe jaar, altijd een moment om de balans op te maken. In winkels en bedrijven werd dat vroeger ook steeds gedaan. Balansen. Inventariseren van de voorraad. De dienst op oudjaar sloot daar bij aan. Vaak had zo’n dienst een weemoedig karakter. Tenminste zo staan deze diensten in mijn herinnering. Vaak stond men in de dienst stil bij de vergankelijkheid van het leven. Psalm 90 de oudejaarspsalm is een heel beklemmende psalm. Over de sterveling die als het stof is; de dagen waarin het meeste moeite en verdriet is; over de toorn van God. Dit beklemmende werd nog extra versterkt, doordat in sommige kerken de namen werden genoemd van degenen die in het afgelopen jaar waren overleden. Dat gaf aan de dienst op oudjaar vaak een speciale lading; een geladen sfeer; soms iets van weemoed.
2. Balans opmaken
We doen dat vanavond niet op die manier. Maar toch is het niet verkeerd om van tijd tot tijd, en ook vanavond, voor jezelf een soort balans op te maken: als ik nou terugkijk naar het afgelopen jaar, de dingen die ik heb gedaan, de dingen die naar me toekwamen, hoe kijk ik dan op 2016 terug? Hoe is dit jaar voor mij geweest?
Het was misschien wel een heel lastig jaar voor je. Wat je gezondheid betreft. Je worstelde met alleen-zijn of met die lege plek in het gezin. Misschien liep je werk niet echt lekker. Waren er lastige dingen waar je niet echt grip op kreeg. Je relatie ging door een stroeve periode of werd zelfs verbroken. Je moest een pas op de plaats maken met je studie. En je hoopt zo dat in 2017 dingen anders zullen zijn.
Of je kijkt heel dankbaar terug. Op je huwelijk of jubileum. Je bent dankbaar voor wat je van God kreeg. Het ging goed op je werk, op school of met je studie. Je maakte mooie dingen mee met je kinderen of kleinkinderen. Je ging naar een volgende klas, je koos een nieuw vakkenpakket, begon aan een studie, je zit op belijdeniscatechisatie, veel dingen om dankbaar voor te zijn. En wat wens je voor 2017? Nou dat die positieve lijn doorgaat!
En als ik jou of u zou vragen: hoe is 2016 geweest voor uw of jouw relatie met God? Bent u gegroeid? Iets meer afhankelijk van de Heere geworden? Heb je dingen afgeleerd? Durfde je de dingen uit handen te geven? Of leek 2016 op de jaren daarvoor? Dat kan ook. Positief omdat je met de Heere leeft. Of minder, om het maar wat kabbelde en lauw was in je leven. Dan sta je nu voor de keus om in het nieuwe jaar andere accenten te leggen.
Hoe zal het nieuwe jaar 2017 worden? We kijken vandaag terug en vooruit.
3. Bemoediging in onvruchtbare tijd
De tekst die vanavond centraal staat, is precies voor zo’n kantelmoment als vandaag geschreven. De overgang van iets ouds naar iets nieuws. Want de bemoediging van God – dat bergen kunnen wijken en heuvels kunnen wankelen, maar dat Zijn goedertierenheid niet zal wijken – die belofte klinkt in een tijd dat er in Israël veel in beweging is. God gaat ingrijpen. Want het gaat al tijden niet echt goed met Jeruzalem. Het overgrote deel van het volk is in ballingschap gevoerd. Armen en kwetsbaren zijn achter gebleven. Er is weinig hoop en perspectief. Het is een tijd van onvruchtbaarheid. De stad wordt in vers 1 ook de ‘onvruchtbare’ genoemd. Dat is een aangrijpend beeld. Want wie daar in zijn of haar eigen leven mee bekend is, weet hoe ingewikkeld en pijnlijk dat kan zijn. Dat je graag kinderen wilt krijgen, maar dat dit niet lukt, omdat je onvruchtbaar bent. Hier wordt dat beeld gebruikt voor de stad. De mensen zien zichzelf in dat perspectief. Onvruchtbaar wil zeggen: dat het leven geen vrucht droeg; dat het niet bracht wat je ervan verwachte; dat je verlangens niet uitkwamen. En in die tijd gaat God spreken. Gaat Hij iets nieuws doen.
Onvruchtbaarheid. Als ik terugdenk aan 2016 ben ik heel dankbaar voor wat de Heere God doet. In de kring van de gemeente. Wat we samen vanuit het Woord leren. Hoe we dat met elkaar op allerlei manieren kunnen delen. Dat Christus zijn gemeente in stand houdt. Dat alles doorgaat. Bijzonder hoe God mensen uit de moslimwereld tot geloof brengt in Jezus.
Maar tegelijk, als ik om mij heen kijk zie ik ook heel veel gebrokenheid. In de kring van de gemeente. Zorgen die er zijn. Dingen die zo anders liepen dan u of jij verwacht of gehoopt had. Daar had u of jij het juist zo moeilijk mee. Onvruchtbaar, voor je gevoel.
En breder als we om ons heen kijken. Alle inspanningen ten spijt in Syrië: zoveel overleg van de VN en pogingen tot vrede, zonder echt resultaat. Onvruchtbaar tot nu toe. We doen ons best om de stroom van vluchtelingen in te dammen, maar de problemen die het veroorzaken, en de gevolgen voor de mensen die ontheemd zijn zijn groot; landen die naar elkaar wijzen, hulp die beloofd wordt maar niet komt, het schiet niet echt op. Ook hier veel onvruchtbaarheid tot nu toe. Hoewel IS wordt teruggedrongen en bestreden, verplaatst het front zich. Uit woede richten ze zich nu op het christelijke westen. De veiligheidsdiensten doen hun best en kunnen veel voorkomen, maar toch lijkt ook dat soms onvruchtbaar, als er weer een aanslag gepleegd wordt. Er is in onze cultuur veel onbehagen, dat zagen we bij Brexit, het referendum over Oekraïne, de verkiezingen in Amerika. Populisten spelen er op in en het lukt de politiek niet echt een antwoord te vinden. Veel pogingen zijn tot nu toe onvruchtbaar. 2016 een jaar van onbehagen en onvruchtbaarheid.
Hoe zal het in 2017 zijn? Gaat alles op dezelfde voet verder?
De tekst die vanavond centraal staat heeft hier alles mee te maken. Ze heeft een dubbele boodschap. In de SV is dit nog het duidelijkst. Daar staat namelijk: Want bergen zullen wijken, en heuvels wankelen; maar Mijn goedertierenheid zal van u niet wijken. In de andere vertalingen zijn die twee zinnen van elkaar afhankelijk gemaakt: al zouden bergen wijken, mijn goedertierenheid zal niet wijken. Toch zitten in dit tekst twee kernmomenten: (1) bergen zullen wijken en heuvels wankelen, en (2) mijn goedertierenheid zal niet wijken. Bij beide sta ik even stil.
4. Wankelende bergen
Bergen en heuvelen zijn toonbeeld van vastheid. Bomen kunnen door de wind ontworteld worden. Huizen kunnen door vuur verbranden. Steden door een oorlog worden verwoest. Maar bergen, die staan vast en wankelen niet. Bergen zijn indrukwekkend. Ze zijn er altijd. Dat bergen wijken, kun je je gewoon niet voorstellen. Alleen wanneer er een aardbeving komt. Dan trilt de aarde en bewegen zelfs de bergen. Wie het mee heeft gemaakt, weet hoe heftig dat kan zijn. De ervaring dat de grond onder je voeten wegvalt. Je verliest je oriëntatie. Dat is heel beangstigend. Zeker in arme landen, waar huizen niet bestand zijn tegen aardbevingen. De meeste wolkenkrabbers zijn tegenwoordig bestand tegen orkanen en aardbevingen. Maar in de tijd van Jesaja was dat nog niet.
Hier in de profetie zijn bergen ook zekerheden die zullen wankelen. Het volk Babel wordt een berg van het verderf genoemd. Het krachtig volk dat zomaar door andere volken onder de voet gelopen kon lopen. Het is de aanduiding van spannende dingen die er gaan gebeuren.
En dat niet alleen. Bergen werden in de oudheid, vanwege hun hoogte en majesteit, ook met de goden verbonden. De berg is de plek waar de goden hun verblijf houden. Dat was in Griekenland zo. Maar ook in Egypte en Mesopotamië. Op de bergen hielden de goden hun vergadering. Daar werd het lot van mens en wereld beslist. Daarom heeft men altijd op de toppen en hoogten offers gebracht aan de goden. Dat was in Israël ook zo. Op de heuvels knielde men neer voor Baäl en de andere afgoden.
Wanneer deze bergen wankelen, dan gaat dat over de vastheid en zekerheid waarmee men leefde, die op de helling komt te staan. Dat heeft ook met het godsdienstige leven te maken. Bergen als aanbiddingsplek voor de goden zullen moeten wijken. Daarmee zet de Heere God een streep door wat in het godsdienstige leven van Israël niet op orde was. Want dat was het probleem. De Heere stond niet op de eerste plaats. Men steunde op andere zekerheden, mensen, macht, geld, en niet op God. Er komt een tijd, zegt God, dat aan de fundamenten van het bestaan zal worden getornd. In het leven van het volk. In hun godsdienstig leven. De Here zal aan de levensboom van het volk gaan schudden. Er zullen vruchten van de boom afvallen. Vruchten die Hij niet wilde zien in hun leven. En wie de geschiedenis van Israël kent, weet dat dit ook is gebeurd.
Bergen zullen wijken en heuvelen wankelen. Waar zouden wij aan moeten denken vandaag?
Er zijn veel dingen om ons heen die wankelen. Als het gaat om de zorg, de economie, het milieu en de politiek; aarde die uit onbalans is; de haat tegen Israël, e niet te vergeten de opkomst van de Islam (discussie in PKN – predikanten vinden koers van de kerk veel te soft; te weinig ook voor gevaar van Islam). Het zal in 2017 echt niet anders zijn. In de wereld om ons heen zullen dingen blijven wankelen. Laten we daar niet vreemd van op kijken. De verlossing die God beloofd heeft en aanstaande is, gaat met hevige weeën gepaard.
Misschien zullen ook in ons eigen leven dingen aan het wankelen gaan. Dat zou kunnen; we weten het niet. Het kan zijn dat de tegenstander ons onder vuur neemt; dat we met aanvechtingen te maken hebben. Dat het heel spannend jaar voor ons wordt. Het kan zijn dat er aan onze levensboom geschut wordt, omdat God bezig is ons te snoeien. Dat Hij takken weghaalt, die verhinderen dat we voor Hem vrucht dragen. Dingen die misschien voor ons heel belangrijk zijn, maar niet voor Hem. Dat is niet leuk. Snoeien is een pijnlijk proces. Wat zeker was in ons leven, kan komen te wankelen. Net als toen bij Israël.
Maar wat maakt nou dat je toch niet de moed verliest. Wat helpt je er dan toch doorheen?
Weet u, dat is maar één ding en dat is de belofte van God!
Bergen zullen wijken, heuvels wankelen, maar … en dat is de bemoediging.
5. Onwankelbare trouw
Tegenover alles dat wankelen kan, staat iets dat onwankelbaar is; iets dat vast en zeker is, en dat is de trouw, de goedertierenheid van God. God zegt tegen Israël en vanavond tegen ons, op deze oudejaarsavond, maar … Mijn goedertierenheid zal van U niet wijken.
En weet je wat die belofte zo bijzonder maakt? Dat is het woordje ‘wijken’. Dat staat twee keer in onze tekst. Bergen zullen wijken, Mijn goedertierenheid zal niet wijken. Hetzelfde werkwoord, maar met één verschil. Het Hebreeuwse werkwoord betekent ‘bewogen worden’ als het om voorwerpen gaat, maar als het om mensen gaat dat betekent het ‘vertrekken’. Zo lezen we van Jozua dat hij niet vertrok uit de tabernakel, de tent van de samenkomst. Hij bleef op zijn post, toen Mozes de Here God ontmoette van aangezicht tot aangezicht. Zo zegt God tegen Israël en vandaag ook tegen ons: er kunnen heel veel dingen in je leven wankelen, maar mijn goedertierenheid zal van u niet wijken. Niet vertrekken. God zegt: Ik ga er niet vandoor! Ik zal er zijn!
En dat is een woord, een belofte, die we met beide handen moeten aanpakken. Dat is denk ik, de enige reden, waarom we met vertrouwen naar de toekomst kunnen kijken. Ook al is er veel onzeker, maar wat blijft, is dat de Heere blijft. Hij gaat er niet vandoor! Hij zal er zijn.
Met zijn goedertierenheid. Het Hebreeuwse woord chesed is lastig te vertalen. De NBV vertaald met ‘liefde’. De Naardense Bijbel met ‘vriendschap’. We hebben er twee woorden voor nodig in het Nederlands: ‘standvastige trouw’ of ‘onwankelbare liefde’. En die standvastige trouw is geworteld in het verbond. Het verbond van Mijn vrede, zegt God. Het is geen bevlieging. Dat kan ook niet bij God. Maar het rust in een verbond. De afspraak van God met zijn volk.
Wij denken bij vrede aan de Vredevorst. Aan onze Heiland. De Heere Jezus . Met Kerst vierden we zijn geboorte. Hij kwam om vrede te brengen. Door God en mens met elkaar te verzoenen. Door de kloof tussen God en ons te overbruggen. De vrede van Gods verbond is verankerd in de Heere Jezus. Dat is het fundament. Dat verbond zal niet wankelen.
Waarom niet? Er staat een handtekening onder. De tekst eindigt met deze woorden: zegt de Heere, uw Ontfermer. Dat is de handtekening, die de inhoud bekrachtigt. Uw Ontfermer. In vers 8 staat: zegt de Heere, uw Verlosser. In vers 10: zegt de Heere, uw Ontfermer. Ontfermen, rachamim heeft met de ingewanden te maken. Zo diep gaat Gods barmhartigheid. Hij buigt zich voorover. Hij komt heel dichtbij. God zit niet in de andere kamer en roept ons iets toe. Nee, Hij komt naar ons toe: ‘kom eens dichterbij’, en fluistert het in ons oor. Ik ga er niet vandoor. Ik ben jouw Ontfermer. Kijk niet angstig naar wat komt, kijk naar Mij. Ik zal er zijn!
6. Nieuwjaar: afleggen van het oude!
Ik ga eindigen. Laten we zo dit jaar afsluiten. We hoeven niet alles krampachtig vast te houden. De regie. De touwtjes stevig in handen. We mogen ons leven en wat ons bezig houdt in Zijn handen leggen.
Ik las een verhaal over een arme vrouw in India. Elke zaterdag ging ze naar de markt in een naburig dorp, om daar citroenen te verkopen uit haar eigen tuin. Ze had geen voertuig en moest dus de toch te voet gaan. Ze liep dan met een groot net citroenen op haar hoofd. Op een dag kwam een jonge man uit het dorp waar ze woonde haar achterop met zijn kar. En bood haar een lift aan. Ze nam dankbaar van het aanbod gebruik en klom achterop de kar. En zo gingen ze beiden naar de markt. Toen de jonge man na enige kilometers eens achterom keek, was zijn verbazing groot. Zij zat daar achterop de kar, maar ze had het net van citroenen nog steeds op haar hoofd.
Afleggen. Uit handen geven. Als God die belofte geeft aan Jeruzalem, dat de ballingen thuis zullen komen, moeten ze met die belofte aan de slag gaan. Ze moeten hun tenten, hun huizen uitbreiden. Ze moeten zich voorbereiden op de vervulling van Gods belofte. Dat lijkt op het bouwen van de ark. Het water van de vloed was er nog niet. Maar Noach gaf gehoor aan het woord van God. Hij stapte uit in geloof, omdat Hij wist dat God met hem was en doet wat Hij zegt.
Laten we zo het nieuwe jaar ingaan. Doen waartoe God ons roept. Op je werk. In de kerk. In je gezin. Omzien naar mensen die God op je weg plaatst. In het vertrouwen, dat ook al wankelt er veel, en lopen dingen heel anders, dat de Heere er zal zijn. Met Zijn genade en vergeving. Met Zijn troost en zegen.
Omdat Hij er is, en in de Heere Jezus, Zijn handtekening heeft gezet, kijken we met vertrouwen naar het jaar dat komt. Want Hij heeft gezegd: mijn goedertierenheid zal van u en jou niet wijken. Ik ga er niet vandoor! Amen.